|
. Start
. Historie
. India
. Nepal
. Kenia
. Foto/video
. Projecten
. Financiën
. Nieuws
. Links
. Contact
.-.-.-.-.-.-.
SPONSORS

|
De parochiële caritas heeft voor het ontwikkelingswerk
van de Stichting Ontwikkelingswerk Theo Kiewiet in Afrika een bijdrage
beschikbaar gesteld voor een koeienproject. Ook de Basisschool de Leeuwerik
in Uden heeft een koe beschikbaar gesteld.
In de streek Munganga in West Kenia worden acht arme gezinnen geholpen
een kleine veestapel op te bouwen. Om de beurt krijgt een gezin een speciaal
voor tropische omstandigheden gefokte koe die vele keren meer melk geven
dan de lokaal gehouden koeien.
De gezinnen krijgen speciale begeleiding van projectbegeleider Enos Matangwe.
Er wordt een hoogwaardige grassoort geplant voor de koeien op het land
van de families.
Ze krijgen begeleiding van de veearts in de buurt om de dieren gezond
te houden en om kalveren van dit ras te fokken. De mensen zijn thuis in
het houden van koeien en ze hebben voldoende land. Alleen voor de stap
voor de aanschaf van een raskoe krijgen ze onze hulp.
Met de koeien kunnen de mensen veel meer melk produceren voor een evenwichtiger
dieet en hun kinderen kunnen tegen ondervoeding worden behoed. Door de
verkoop van melk dat over is kan er extra inkomen verkregen worden, zo
ook door verkoop van opgefokte kalveren. Het is dus een investering in
de toekomst van deze acht arme gezinnen.
Deze mensen wonen in een redelijk vruchtbaar gebied ongeveer 150 Km ten
noordoosten van het Victoriameer. Soms heerst er langdurige droogte. Dan
is er weinig akkerbouw mogelijk. De combinatie met veeteelt kan daarom
een structurele verbetering zijn, omdat in de droge tijd er altijd nog
voer is voor de koeien.
Daarnaast zijn de families door de komst van de koeien minder afhankelijk
van werken in de rietsuikerplantages, en meer zelfvoorziend dus. De gezinnen
zullen gemotiveerder zijn hun eigen veestapel op te bouwen en zichzelf
vooruit te helpen. Het deels ongebruikte akkerland zal efficiënter
benut worden.
Kenia is een land dat zijn inkomsten voor 70% uit de landbouw haalt.
Zo is het ook in het projectdorp gelegen in de heuvels ten noorden van
het Victoriameer.
Landbouw en veeteelt zijn daarom de aangewezen bronnen om in te investeren
voor een productieve ontwikkeling in het leven van de lokale bevolking.
Dit kan bijvoorbeeld door arme mensen te helpen door aanschaf van een
koe.
Voor een arm gezin kan dit betekenen:
1. de aanpak van ondervoeding
2. eigen werkgelegenheid
3. bemoediging en overtuiging voor een positieve verandering in het leven
4. ontginning van ongebruikte landbouwgrond
5. een positieve kijk op landbouweducatie
6. financiële problemen kunnen deels worden opgelost door de verkoop
van melk
7. de algemene gezondheid van het gezin zal vooruitgaan.
Het koeienproject in het dorp Munganga voorziet voor acht arme gezinnen
een ras melkkoe.
Het eerste gezin dat een Ayrshire koe gekruist met een lokaal Afrikaans
ras krijgt is dat van
Frederick en Florence en hun zes kinderen. Zij hebben een moeilijke tijd
achter de rug, Florence is geruime tijd ernstig ziek geweest en ze hebben
hun voormalige koe moeten verkopen om de gezondheidszorg te kunnen bekostigen.
Frederick heeft een speciaal eiwitrijk grastype geplant dat met een bepaalde
regelmaat met de hand wordt gemaaid om aan de koe te voeren.
Een raskoe kost ongeveer 20.000 Shilling, nu 1 euro = 81 Kenyase shilling.
De melkproductie van de koe zal per dag ongeveer 10 liter halen.
De prijs per liter is 20 shilling, per week brengt dit 1400 shilling op,
eigen gebruik niet meegerekend. Bij 40% eigen gebruik komt dit op ongeveer
3400 shilling per maand per familie.
Zo gerekend kan iedere familie met een koe hun leven aanzienlijk verbeteren.
Er zal werk zijn voor de mensen: het verzorgen van het vee, het zoeken
van de markt voor de producten: melk en vlees. Uit de opbrengsten kunnen
de gezinnen een hoge(re) graad van zelfvoorziening bereiken. En dit is
de bedoeling: zelfredzaamheid.
Eerst zullen de koeien door projectleider Enos Matangwe en de lokale veears
worden begeleid voor zoveel noodzakelijk kennisoverdracht aan de houders
van de koeien.
Op den duur is het de bedoeling dat de mensen op eigen verantwoordelijkheid
verder zullen werken. De lokale bevolking heeft redelijke kennis van het
houden van vee, er zijn echter meerdere veeartsen in de steek die de veehouders
van dienst kunnen zijn. Als er ziekte heerst weten deze artsen hoe te
handelen, er zijn veebaden tegen teken en dieren worden gespoten als dat
nodig is. Veel succesvolle veehouders in de buurt zijn hiervan op de hoogte
en mensen kunnen van elkaar leren.
Er worden nog steeds kalfjes geboren van de eerste koeien die geschonken
zijn door de Parochiële Caritas en basisschool de Leeuwerik in Uden.
Het tweede kalf wordt weer doorgegeven aan een andere arme familie.
Zo helpt de een de ander! Helaas is er één koe overleden,
dit gezin kan het een van de nieuwe generatie koeien opnieuw proberen.
|